Afwerving personeel bij lokale besturen. Na het unsolicited proposal nu ook het undecent proposal?

27 december 2021

Lokale besturen worden, net als andere werkgevers trouwens, op de arbeidsmarkt geconfronteerd met de ‘War for talent’. De krapte op de arbeidsmarkt is een fenomeen waarmee iedereen moet leren omgaan. De situatie wordt echter grimmiger wanneer voormalige medewerkers langs de achterdeur vertrekken, maar onmiddellijk -of met een zekere vertraging-met een andere, duurdere, pet langs de voordeur opnieuw binnenwandelen.

Recent worden lokale besturen geconfronteerd met het fenomeen waarbij zogenaamde “partners” van lokale besturen, zoals sectororganisaties, intercommunales, consultants, studiebureaus,…, personeelsleden ongevraagd wegplukken bij hun klanten (lokale besturen) om deze personeelsleden vervolgens in te zetten in de dienstverlening aan diezelfde lokale besturen. Zo wordt er enerzijds een probleem gecreëerd (medewerkers worden afgeworven) waardoor de vraag naar dienstverlening en ondersteuning ontstaat, doch wordt anderzijds dit probleem “opgelost” door de noden bij de lokale besturen te lenigen met bijkomende dienstverlening.

Dit heeft in de eerste plaats tot gevolg dat lokale besturen het slachtoffer worden van een braindrain, waarbij talent, kennis en ervaring uit de organisatie verdwijnt. Hierdoor zijn de besturen minder goed gewapend om risico’s in te schatten en zich adequaat te positioneren in een snel evoluerende complexe omgeving. Ook worden ze afhankelijker van derden. Om nog te zwijgen van de concurrentieverstoring door het ge- of misbruik van voorkennis en interne info. Tot slot en niet in het minst hebben deze praktijken een nefaste impact op de budgetten als gevolg van hogere loonkosten en btw op de dienstverlening.

Bij zuiver commerciële spelers kan men al een aantal vragen stellen bij deze werking van de marktdynamiek en vrije beroepen – die aan een beroepsdeontologie zijn onderworpen – en intergemeentelijke samenwerkingsverbanden – die mogen geacht worden hun gemeente aandeelhouders te versterken en niet te verzwakken – gaan hierin soms zwaar uit de bocht.

De situatie lijkt sterk op een Chinese strategie waarbij men op het eerste zich optreedt als gulle weldoener voor landen in een benarde financiële situatie, maar die nadien de toestand enkel lijkt te hebben verergerd ten voordele van de eigen machtspositie en economisch belang.

Lokale besturen mogen nochtans van hun externe partners verwachten dat ze de nodige loyale inspanningen leveren om een hoogwaardige integriteit en deontologie te garanderen.

Het moge duidelijk zijn dat GD&A Advocaten als structurele partner van de lokale besturen consequent de belangen van de steden en gemeenten blijft verdedigen.

In navolgende nieuwsbrieven zullen wij de aan de gang zijnde dynamiek dan ook verder kritisch bestuderen. Er zal onder meer worden bekeken in welke mate lokale overheden zich kunnen wapenen tegen deze evolutie en in hoeverre dit fenomeen ook in juridische gevolgen kan ressorteren voor de afwervende “partner”.

Est modus in rebus, sunt certi denique fines!