Brengt de RVVB uitsluitsel omtrent het aantal verschuldigde dossiertaksen?

3 februari 2022

Dossiertaks – art. 12 OVD – collectief beroepschrift – twee visies – één dossiertaks per beroepschrift – één dossiertaks per beroepsindiener

Indien een collectief beroepschrift wordt ingediend moet elke beroepsindiener dan een dossiertaks betalen? Rond deze vraag is in opeenvolgende arresten al heel wat inkt gevloeid. De rechtspraak van de Raad voor Vergunningsbetwistingen hierover is recent opnieuw gewijzigd, hetgeen hierna zal worden uiteengezet.

Wat bepaalt het Omgevingsvergunningsdecreet omtrent de beruchte dossiertaks?

Art. 12 Omgevingsvergunningsdecreet luidt als volgt:

Ҥ1 Elke natuurlijke persoon of rechtspersoon is een dossiertaks verschuldigd in de volgende gevallen:

1° bij het indienen van een vergunningsaanvraag in eerste aanleg bij de Vlaamse Regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar
2° bij het indienen van een beroep tegen een beslissing in eerste aanleg over een aanvraag tot omgevingsvergunning, behalve in geval van een beroep tegen een stilzwijgende weigering.
3° bij het indienen van een beroep tegen een beslissing in eerste aanleg over een verzoek tot bijstelling, behalve in geval van een beroep tegen een stilzwijgende weigering.

De beroepsindieners, vermeld in artikel 53, 3° tot en met 6°, zijn geen dossiertaks verschuldigd.

§ 2 De dossiertaks bedraagt:

1° in het geval van een aanvraag, vermeld in paragraaf 1,1°, die behandeld wordt overeenkomstig de gewone procedure: 500 euro
2° in alle andere in paragraaf 1 bedoelde gevallen: 100 euro.

§3. De dossiertaks wordt gestort op de volgende rekening:

1° de rekening van de provincie, als het een beroep bij de deputatie betreft;
2° de rekening van het Omgevingsfonds, als het een aanvraag of beroep bij de Vlaamse Regering betreft.

§4 De Vlaamse Regering kan nadere regels bepalen inzake de dossiertaks.”

Waarover gaat de discussie nu concreet ?

Het is zo dat na de inwerkingtreding van het Omgevingsvergunningsdecreet (hierna: OVD) verwarring is ontstaan omtrent het aantal dossiertaksen die verschuldigd zijn ingeval er meerdere beroepsindieners bij één beroepschrift zijn. Meer bepaald rees de vraag of een beroepstaks per beroepschrift (éénmalig 100 euro), dan wel per beroepsindiener (100 euro per persoon) moest worden betaald?

In de praktijk hielden de vergunningverlenende overheden in graad van beroep vast aan de eerste zienswijze. Die manier van werken stemt overeen met de situatie die gold onder de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (hierna: VCRO), waarnaar de vergunningverlenende overheden dan ook teruggrepen. Volgens art. 4.7.21, §5 VCRO moest slechts één dossiervergoeding worden betaald per beroepschrift. Ook na de inwerkingtreding van het OVD bleef men die regeling toepassen.[1]

Plots oordeelde de Raad voor Vergunningsbetwistingen in zijn arrest van 18 maart 2021 echter in lijn met de tweede visie. De Raad overwoog aangaande artikel 12 van het OVD als volgt:[2]

Samen met verzoekende partij moet vastgesteld worden dat de tekst van artikel 12 van het Omgevingsvergunningsdecreet een dossiertaks van 100 euro per natuurlijke persoon of rechtspersoon oplegt. De tussenkomende partij kan dus gevolgd worden in haar stelling dat slechts door één persoon op ontvankelijke wijze een administratief beroep is ingediend en bijgevolg voldaan heeft aan de uitputtingsvereiste.

Het betoog van tussenkomende partij dat enkel de ‘eerste’ beroepende partij DE WITTE bijgevolg de dossiertaks betaald zou hebben, is evenwel een eenzijdige formalistische aanname, die door de Raad niet wordt gevolgd, omdat de vereiste van de uitputting van het administratief beroep raakt aan het principe van de toegang tot de rechter. De Raad neemt dan ook aan dat, aangezien niet ontkend kan worden dat er minstens éénmaal een dossiertaks van 100 euro betaald is en het administratief beroep door de verwerende partij ontvankelijk verklaard werd, in elk geval de eerste verzoekende partij haar administratief beroep heeft uitgeput.”

Naar aanleiding van deze rechtspraak werd in de Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie omtrent de interpretatie van art. 12 OVD gedebatteerd. Zo stelde parlementslid Mieke SCHAUVLIEGE (Groen) dat niet valt te ontkennen dat dergelijke interpretatie neerkomt op een bijkomende drempel voor de mensen die een administratief beroep willen instellen. Hierop heeft minister DEMIR (N-VA) gerepliceerd dat de Raad art. 12 OVD in voormeld arrest correct heeft geïnterpreteerd en dat het overdreven is te stellen dat hierdoor het recht van toegang tot de rechter zou worden beperkt. Parlementslid TOBBACK (Vooruit) gaf evenwel aan dat hij aanwezig was bij de goedkeuring van art. 12 OVD en dat het destijds werd geïnterpreteerd als 100 euro per beroepsschrift (en dus niet per beroepsindiener). [3]

Inmiddels heeft de Raad voor Vergunningsbetwistingen – op eigen initiatief – zijn kar gekeerd.

Uit het amendement[4] nr. 14 bij het ontwerp van het decreet betreffende de omgevingsvergunning tot invoeging van de vermelde dossiertaks, meent de Raad te kunnen afleiden dat de decreetgever aansluiting heeft gezocht bij het vroegere artikel 4.7.21, § 5 VCRO en bij het vroegere artikel 19bis van het decreet betreffende de milieuvergunning van 28 juni 1985 waarin de betaling van een dossiertaks werd gekoppeld aan de indiening van een afzonderlijk beroepschrift.

In zijn arrest[5] van 13 januari 2022 stelt de Raad omtrent art. 12 OVD formeel:

Uit de bewoordingen van voormelde bepaling kan niet worden afgeleid dat in geval van een collectief beroepschrift een dossiertaks van 100 euro verschuldigd zou zijn per beroepsindiener. Evenmin blijkt uit de parlementaire voorbereiding dat de decreetgever een invulling van artikel 12, §1 van het Omgevingsvergunningsdecreet beoogd heeft die specifiek ten aanzien van collectieve beroepschriften nog een bijkomende drempel inbouwt, (finaal) bekeken vanuit het recht op toegang tot de Raad als rechter (artikel 105, §2, tweede lid Omgevingsvergunningsdecreet)”.

“(…) De Raad voegt hier aan toe dat het niet in verhouding zou zijn met het doel van de dossiertaks dat in geval van een collectief beroepschrift per beroepsindiener een dossiertaks verschuldigd zou zijn. Met uitzondering van de noodzaak om bepaalde procedurele vereisten per beroepsindiener te onderzoeken, in hoofdzaak de beoordeling van de vraag of elke beroepsindiener tot het betrokken publiek behoort, verplicht een collectief beroepschrift de vergunningverlenende overheid maar tot één enkel onderzoek van de opgeworpen beroepsargumenten (…)”.

Ook in een ander arrest[6] van 13 januari 2022 wordt voormelde visie onderschreven.

Hoewel de Raad voor Vergunningsbetwistingen inmiddels in een officiële (niet-bindende) mededeling heeft aangegeven dat voortaan één dossiertaks per administratief beroepschrift volstaat, blijven we toch vooral achter met veel onzekerheid. Navraag bij diverse Deputaties toonden immers aan dat men tot op heden nog geen standpunt heeft ingenomen ten aanzien van deze nieuwe plottwist in de rechtspraak van de Raad. De websites van de Deputaties brengen evenmin duidelijkheid. De Deputaties van Limburg, Vlaams-Brabant en West-Vlaanderen spreken van één dossiertaks per beroepsschrift, terwijl de websites van de Deputaties van Antwerpen en Oost-Vlaanderen op hun beurt spreken van één dossiertaks per beroepsindiener. Zo lijkt het voor lokale besturen raadzaam in de betekening van de vergunningsbeslissingen te wijzen op de vroeger geldende vereiste van de betaling van de dossiertaks per beroepende partij.[7]

Dit aangezien geen zekerheid kan worden geboden dat de Raad in de nabije toekomst het geweer niet opnieuw van schouder zal veranderen (met mogelijks de onontvankelijkheid van het ingestelde beroep in hoofde van verschillende beroepsindieners tot gevolg).

En U weet het: voorzichtigheid is de moeder van de porseleinkast…


[1] P., VANDE CASTEELE, “(Raad voor Vergunningsbetwistingen) Dossiertaks voor leefmilieubetwisting fors omhoog”, Juristenkrant 2021, afl. 428, 8.
[2] RvVb 18 maart 2021, RvVb-A-2021-0764.
[3] Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie, “Vraag over de berekening van de dossiertaks voor het indienen van een administratief beroep met betrekking tot de omgevingsvergunning”, 1 juni 2021, https://www.vlaamsparlement.be/en/parlementair-werk/commissies/commissievergaderingen/1523341/versla...
[4] Amendement nr. 14 op het ontwerp van decreet betreffende de omgevingsvergunning, Parl.St. Vl.Parl. 2013-14, nr. 2334/6
[5] RvVb 13 januari 2022, RvVb-A-2122-0371.
[6] RvVb 13 januari 2022, RvVb-S-2122-0370.
[7] E., STORMS, “Mededeling – één dossiertaks per administratief beroepschrift volstaat”, 2022, https://www.dbrc.be/mededeling-e%C3%A9n-dossiertaks-per-administratief-beroepschrift-volstaat.