Eerste 7 fusiebesturen: minder belastingen, meer investeringen, maar wachten op efficiëntiewinsten?

3 oktober 2022

Het Agentschap Binnenlands Bestuur heeft recent een eerste financiële analyse gemaakt van de 7 nieuwe fusiegemeenten die in 2019 van start zijn gegaan. Intussen zijn de gegevens van 3 jaarrekeningen beschikbaar, zodat de eerste conclusies kunnen worden getrokken.

Alle fusiebesturen verkeerden reeds voor de fusie in vrij goede financiële conditie. Een benarde financiële situatie was bij geen enkel bestuur de aanleiding om te fusioneren.


Autofinancieringsmarge en exploitatie uitgaven

De jaarrekeningen 2021 van de fusiegemeenten tonen een AFM die substantieel beter is dan de gemiddelde Vlaamse gemeente, zowel gemeten in verhouding tot het aantal inwoners als in verhouding tot de exploitatie-ontvangsten.

Een belangrijke vaststelling is dat de efficiëntiewinsten geenszins blijken uit de exploitatie uitgaven, in tegendeel.

Lagere schuld

De fusiebonus zorgt evident voor een aanzienlijke verbetering van de schuldpositie van de fusiebesturen. De financiële schuld van de 7 fusiegemeenten halveerde bijna in 2018 (een daling met 107 miljoen euro). Dit was uiteraard grotendeels te danken aan de schuldovername door de Vlaamse overheid.

Deze sterk verbeterde schuldpositie zal de volgende maanden (en jaren) ongetwijfeld haar vruchten afwerpen in het licht van de (sterk) toenemende rentevoeten.

Lagere belastingen

Zonder uitzondering zijn de aanslagvoeten van de aanvullende personenbelasting (APB) en de opcentiemen op de onroerende voorheffing (OOV) na de fusie gealigneerd op het laagste tarief van 1 van de deelnemende gemeenten. Geen enkele inwoner kende een verhoogde fiscale druk. Heel veel inwoners zagen 1 of meerdere tarieven dalen.

Na de fusie daalden globaal ook de andere belastingen. Ook hier speelt wellicht het effect van de gelijkschakeling naar beneden van de tarieven.

Besluit

Uit de analyse blijkt dat het nog te vroeg is om efficiëntiewinsten op het vlak van exploitatie uitgaven te zien. Dit is niet onverwacht. Niet alleen kennen dergelijke complexe transities tijdelijk een extra kostprijs. Bovendien zou een snelle afbouw van dienstverlening en/of personeel ongetwijfeld het draagvlak voor de fusie onderuit hebben gehaald.

De fusies gaven daarentegen wel reeds een belangrijke boost aan de gemeentelijke investeringen. Het hefboomeffect van de grotere schaal tekent zich reeds af.

Daarnaast gingen de financiële inspanningen dankzij de fusiebonus vooral naar lagere belastingen. Het creëren van een draagvlak bij de bevolking voor de fusieoperatie was duidelijk een prioriteit. Op het eerste zicht lijkt dit politiek opportunisme. Maar bij nader inzien vormen belastingverlagingen een grotere fiscale buffer, die kan worden aangesproken wanneer de lokale besturen de volgende jaren in (nog) zwaarder weer zouden terecht komen.

Lagere belastingen en hogere investeringen versterken uiteraard de positie van lokale besturen. Ze vormen de “quick wins” omdat de intrinsieke efficiëntiewinsten zich pas later zullen manifesteren. De sterk stijgende energie- en loonkosten kunnen vandaag voor andere besturen de trigger bij uitstek zijn om naar deze “quick wins” te grijpen.

Benieuwd naar de effecten voor uw bestuur? Scire est mensurare. GD&A Advocaten bezorgt u graag een SWOT-analyse.