Nooddecreet breekt wet in tijden van corona

31 maart 2020

Nu het coronavirus stilaan de hele wereld in zijn greep houdt, wordt ook België gedwongen tot drastische maatregelen om de verspreiding van het nieuwe virus tegen te gaan. Deze maatregelen bemoeilijken onvermijdelijk het normale verloop van vergunningsprocedures, tal van planprocessen en procedures bij de administratieve rechtscolleges. Daarom nam het Vlaams Parlement een Nooddecreet aan, dat onder meer de Vlaamse Regering machtigt om maatregelen te treffen omtrent allerhande procedurebepalingen en termijnen.

In deze nieuwsbrief worden de belangrijkste maatregelen van de Vlaamse Regering toegelicht.

Het decreet van 20 maart 2020 betreffende maatregelen in geval van een civiele noodsituatie met betrekking tot de volksgezondheid (BS 24/03/2020; het zogenaamde ‘Nooddecreet’) voorziet enerzijds in een versoepeling van de mogelijkheid om bijkomende ziekenhuis- en andere verzorgingsfaciliteiten te bouwen en uit te baten, en machtigt anderzijds de Vlaamse Regering om maatregelen te treffen omtrent allerhande geldende procedurebepalingen, zoals termijnen en verplichtingen.

In verschillende besluiten werden vervolgens allerhande procedureregels en termijnen in verschillende decreten en uitvoeringsbesluiten op het vlak van ruimtelijke ordening en milieu gewijzigd.

Wijzigingen in de omgevingsvergunningsprocedure

Het besluit van de Vlaamse Regering van 24 maart 2020 (BS 30/03/2020) geeft uitvoering aan het decreet van 20 maart 2020 en voorziet in de opschorting of verlenging van bepaalde dwingende termijnen in het kader van de omgevingsvergunningsprocedure, waaronder beslissingstermijnen, en andere maatregelen aangaande procedurele of administratieve verplichtingen, zoals de organisatie van een openbaar onderzoek of de organisatie van een hoorzitting.

Het uitgangspunt van de Vlaamse Regering bij deze maatregelen is om de beslissingstermijnen van lopende en nieuwe dossiers te verlengen, zonder overheden te verhinderen om op te treden wanneer de omstandigheden dit toelaten. Waar mogelijk, dienen besturen zo snel mogelijk beslissingen te nemen om zo aanvrager, beroepsindiener en burger niet te lang in het ongewisse te laten.

Toepassingsgebied

Het toepassingsgebied van het besluit van 24 maart 2020 strekt zich uit tot het Omgevingsvergunningsdecreet, het Omgevingsvergunningsbesluit en het MER-procedurebesluit (art. 2).

Het besluit van 24 maart 2020 heeft betrekking op:

  • alle vergunningsaanvragen en administratieve beroepen ingediend voor 24 maart 2020 die op het moment van inwerkingtreding van dit besluit in behandeling zijn bij en waarin op 24 maart 2020 nog geen uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissing is genomen door de bevoegde vergunningverlenende overheid in laatste administratieve aanleg;
  • alle vergunningsaanvragen en administratieve beroepen ingediend vanaf 24 maart tot en met 24 april 2020 (Art. 3).

De einddatum van 24 april 2020 kan door de Minister van Omgeving worden verlengd. Een eventuele verlenging kan evenwel niet de einddatum van de civiele noodsituatie met betrekking tot de Volksgezondheid overschrijden, die momenteel is vastgesteld op 17 juli 2020. Het is evenwel niet uitgesloten dat de einddatum van de noodsituatie nog zou worden uitgesteld mochten de omstandigheden dit vereisen.

Belangrijk: vergunningsaanvragen en administratieve beroepen die na de vernietiging van een eerdere beslissing opnieuw in behandeling genomen worden door de bevoegde vergunningverlenende overheid na 24 april 2020 komen niet in aanmerking voor een termijnverlenging met toepassing van het besluit van 24 maart 2020. Ook op dit punt wordt erop gewezen dat deze datum indien nodig kan worden uitgesteld.

Het besluit van 24 maart 2020 voorziet ook niet in een algemene verlenging van de geldigheidsduur van omgevingsvergunningen. Ook de vervalregeling in artikel 99 e.v. OVD blijft ongewijzigd.

Verlenging van beslissings-, beroeps- en uitvoerbaarheidstermijnen

De maatregelen inzake de verlenging van beslissings-, beroeps- en uitvoerbaarheidstermijnen kunnen worden samengevat als volgt:

  • De beslissingstermijn in de vereenvoudigde procedure wordt met 30 dagen verlengd (van 60 naar 90 dagen);
  • De beslissingstermijn in de gewone procedure wordt met 60 dagen verlengd (van 105 of 120 dagen naar 165 of 180 dagen);
  • De beslissingstermijn in beroep wordt verlengd met 60 dagen;
  • De periode waarbinnen beroep kan worden ingesteld wordt ook met 30 dagen verlengd, van 30 naar 60. Dit betekent ook dat de uitvoering van een door de gemeente afgegeven vergunning pas kan starten na 65 dagen (35 + 30).

Andere termijnverlengingen voorzien in het Omgevingsvergunningsdecreet of het Omgevingsvergunningsbesluit (o.a. administratieve lus, wijzigingslus of tussenkomst van de gemeenteraad) blijven daarbij behouden.

Procedurele wijzigingen

Daarnaast worden er ook nog procedurele aanpassingen voorzien aangaande de openbare onderzoeken, zijnde:

  • Lopende openbare onderzoeken reeds opgestart en nog niet afgelopen op 24 maart 2020 worden verplicht opgeschort vanaf 25 maart 2020. De resterende dagen van het openbaar onderzoek worden gehouden na 24 april 2020. Bezwaren die ingediend worden in de periode van 24 maart tot en met 24 april 2020 zijn geldig, en moeten in de verdere procedure behandeld worden;
  • Nieuwe openbare onderzoeken kunnen slechts plaatsvinden na 24 april 2020. De informatievergaderingen die hiermee gepaard gaan worden verdaagd tot wanneer de openbare onderzoeken terug opgestart worden.

Met betrekking tot de advisering door de provinciale of gewestelijke omgevingsvergunningscommissie vermeldt art. 12 van het besluit dat een uitblijvend advies tijdens de duur van de maatregelen niet langer automatisch geacht wordt stilzwijgend gunstig te zijn, maar kan aan de adviesverplichting worden voorbijgegaan. In art. 11 is voorts bepaald dat de commissies in voorkomend geval alleen schriftelijk, via teleconferentie of via videoconferentie kunnen worden gehouden.

Voorts kan overeenkomstig artikelen 11 en 12 van het besluit worden beslist om hoorzittingen enkel schriftelijk, via teleconferentie of via videoconferentie te houden. Een alternatief is evenwel om de hoorzitting uit te stellen tot na afloop van de coronamaatregelen, gelet op de verlenging van de beslissingstermijnen.

Wijzigingen in het kader van de procedures voor de RvVb en het HHC

Bij besluit van 27 maart 2020, dat onmiddellijke werking heeft, legt de Vlaamse Regering vervolgens bijzondere regels vast voor de proceduretermijnen bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen (RvVb) en het Handhavingscollege (HHC).

Toepassingsgebied

Dit besluit is van toepassing op:

  • Vervaltermijnen vermeld in het DBRC-decreet en het DBRC Procedurebesluit, die lopen op 27 maart 2020 tot en met 24 april 2020;
  • Termijnen om beroep in te stellen bij het Handhavingscollege die lopen op 27 maart 2020 tot en met 24 april 2020;
  • Termijnen om beroep in te stellen bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen die lopen op 27 maart 2020 tot en met 24 april 2020.

Maatregelen inzake verlenging van termijnen en procedurewijzigingen

Samengevat voert het besluit volgende wijzigingen door met betrekking tot het indienen en het behandelen van de beroepen bij de RvVb en het HHC:

  • De termijnen om beroep in te stellen bij de RvVb en het HHC, die lopen op 27 maart 2020 tot en met 24 april 2020, worden verlengd met 30 dagen;
  • De vervaltermijnen vermeld in het DBRC-decreet en DBRC-procedurebesluit, die lopen op 27 maart 2020 tot en met 24 april 2020, worden verlengd met 30 dagen, met uitzondering van de vervaltermijnen in vorderingen tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid;
  • Bij het behandelen van vorderingen tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid wordt het voor de RvVb en de procespartijen vanaf 27 maart 2020 tot en met 24 april 2020 mogelijk om een email te gebruiken als betekeningswijze en wordt een afwijkende zittingsregeling voorzien.

De behandeling van een vordering tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid is nog steeds mogelijk maar zal schriftelijk per e-mail behandeld worden.

Aanpassingen in de procedures omtrent de ruimtelijke planning, complexe projecten, plan-m.e.r. en leegstaande en verwaarloosde bedrijfsruimten

Tot slot naam de Vlaamse Regering op 27 maart 2020 eveneens een besluit aan met maatregelen omtrent termijnverlengingen en/of inspraakprocedures op vlak van ruimtelijke planning, complexe projecten, plan-m.e.r. en leegstaande en verwaarloosde bedrijfsruimten. De datum van goedkeuring geldt hierbij eveneens als datum van inwerkingtreding.

Toepassingsgebied

Het besluit van 27 maart 2020 is van toepassing op regelgeving aangaande ruimtelijke beleidsplannen, ruimtelijke uitvoeringsplannen, stedenbouwkundige verordeningen, planologische attesten, complexe projecten, plan-milieueffectrapportage, leegstaande en verwaarloosde bedrijfsruimten en advisering (commissies, adviesraden en plenaire/adviesvergaderingen).

Maatregelen inzake verlenging van termijnen en procedurewijzigingen

Samengevat kan gesteld worden dat volgende procedures worden geschorst en verdergezet na 24 april 2020:

  • Lopende publieke inspraak over de conceptnota van een ruimtelijk beleidsplan of beleidskader en lopende openbare onderzoeken over een ontwerp ruimtelijke beleidsplan of beleidskader;
  • Lopende raadplegingen over de startnota en lopende openbare onderzoeken over een ontwerp RUP. Er is een verlenging van de beslissingstermijn met 30 dagen voor de definitieve vaststelling, al dan niet na een schorsing;
  • Lopende openbare onderzoeken over stedenbouwkundige ontwerp-verordeningen waarbij er een verlenging van de beslissingstermijn met 30 dagen is voor het opnieuw definitief vaststellen na een schorsing;
  • Lopende openbare onderzoeken over aanvragen tot planologisch attest;
  • Lopende raadplegingen over alternatievenonderzoeksnota’s , lopende openbare onderzoeken over ontwerp-voorkeursbesluiten, ontwerp-projectbesluiten en het ontwerp van MER met inbegrip van lopende terinzageleggingen van definitief vastgestelde voorkeursbesluiten en projectbesluiten;
  • Lopende raadplegingen van het publiek over de volledig verklaarde kennisgeving van een plan-MER en lopende openbare onderzoeken over een ontwerp van plan-MER samen met het ontwerp van plan of programma.

Voor alle voormelde procedures geldt dat reacties, opmerkingen en bezwaren die ingediend worden tijdens de periode van schorsing als ontvankelijk worden beschouwd. Nieuwe publieke raadplegingen, openbare onderzoeken e.d. kunnen pas opgestart worden na 24 april 2020.

Daarnaast moet nog meegedeeld worden dat er een opschorting is van de lopende of beginnende termijnen na herinneringsschrijven in het kader van een beroep tegen de registratie in de inventaris van leegstaande en verwaarloosde bedrijfsruimten en van de termijnen voor uitspraak over een verzoek tot schrapping uit de inventaris tot 24 april 2020. Er is ook voorzien in een verlenging van de termijnen om subsidies aan te vragen met 60 dagen.

Ten slotte kunnen de overheden en voorzitters van de strategische adviesraden en commissies beslissen om plenaire vergaderingen of advisering in het kader van bovenvermelde plannen en projecten uitsluitend schriftelijk te houden of via tele- of videoconferentie.

Het is niet uitgesloten dat de hogervermelde einddatum van 24 april 2020 alsook de termijnen van 30 dagen in de toekomst nog worden verlengd als de omstandigheden dit zouden vereisen. Deze mogelijkheid is in elk besluit voorzien.

Via deze link vindt u de FAQ van het departement Omgeving met antwoorden op de meest gestelde vragen.

GD&A Advocaten volgt de wijzigingen in de regelgeving op de voet en houdt u verder op de hoogte.

Aarzel niet ons te contacteren indien u met vragen zit of geconfronteerd wordt met problemen bij de toepassing van deze nieuwe regelgeving.