Wijzigingen op personeelsvlak aan het DLB? Een blik op deze nieuwsbrief en u bent weer helemaal mee!

9 mei 2023

Op 29 maart 2023 werd het decreet van 17 februari 2023 tot wijziging van het Decreet Lokaal Bestuur gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad.[1] De wijzigingen trekken de lijn verder van het decreet ter versterking van de lokale democratie van 16 juli 2021.[2] Hieronder geven wij u een niet-limitatief overzicht van de belangrijkste wijzigingen aangaande personeelsmateries.

1.-

Vanaf 8 april 2023 is het niet meer vereist dat de rechtspositieregeling van een autonome verzorgingsinstelling/ziekenhuis dezelfde is als deze van het OCMW.[3] Ook de principiële band tussen de rechtspositieregeling van het personeel van de welzijnsvereniging en die van het OCMW wordt niet langer aangehouden Voortaan kan aldus de autonome verzorgingsinstelling alsook de welzijnsvereniging zelf haar rechtspositieregeling kiezen, doch deze kan er ook voor opteren om de principiële band aan te houden.

2.-

De mogelijkheid tot overdracht van statutair én contractueel personeel binnen de gemeentelijke groep onderging eveneens een grondige wijziging.[4] Vanaf 8 april 2023 is het – onder bepaalde voorwaarden - mogelijk om een overdracht van personeel te regelen tussen de gemeente, het autonoom gemeentebedrijf van die gemeente, het OCMW dat de gemeente bedient, de publieke OCMW-verenigingen (welzijnsverenigingen en autonome verzorgingsinstellingen) en het intergemeentelijk samenwerkingsverband waarin voormelde besturen deelnemen.

Een overdracht tussen gemeenten of OCMW’s onderling is bijgevolg niet meer mogelijk.

De volgende voorwaarden worden in artikel 185/1, §1, DLB opgelegd:

1° de overdracht van personeel is nader bepaald in de rechtspositieregeling van het personeel dat wordt overgedragen;

2° bij de overdracht is de voor het personeelslid geldende rechtspositieregeling nageleefd;

3° het bevoegde orgaan van het bestuur waarnaar het personeelslid overgedragen wordt, keurt de overdracht goed;

4° de personeelsleden behouden na de overdracht de aard van het dienstverband, hun graad, hun anciënniteit, hun prestatieregeling, hun salarisschaal en hun rechten en verplichtingen zoals vastgesteld in hun arbeidscontract of bestaande arbeidsbetrekking;

5° de overdracht kan geen reden voor ontslag zijn;

6° de personeelsleden behouden voor minstens een jaar hun rechtspositieregeling.

Een overdracht vanuit de gemeentelijke groep naar verenigingen of vennootschappen voor maatschappelijk welzijn naar privaat recht waarin dat lid deelneemt, is enkel mogelijk voor contractueel personeel[5] en bovendien ook slechts onder bepaalde voorwaarden (cfr. artikel 185/1, §2, DLB).

Belangrijk is dat het niet mogelijk is om de decretale graden en de maatschappelijke werker over te dragen. Zij werden van het toepassingsgebied uitgesloten omwille van hun sleutelposities binnen de gemeente / het OCMW.

De terbeschikkingstelling van statutaire personeelsleden wordt voortaan geregeld in artikel 185 DLB.[6] Vanaf 8 april 2023 worden hieronder ook verstaan woonmaatschappijen zoals bedoeld in de Vlaamse Codex.

3.-

Verder situeren de veranderingen zich eveneens op tuchtrechtelijk vlak.

Vanaf 8 april 2023 komt ieder personeelslid dat werkzaam is in een openbare dienst in aanmerking om aangesteld te worden als tuchtonderzoeker.[7] Er kan bijgevolg voor een tuchtonderzoeker gekozen worden die uit een andere dienst komt dan het OCMW of de gemeente.

Daarnaast wordt het recht op bijstand gedurende de eigenlijke tuchtprocedure verruimd en wordt gesteld dat de tuchtonderhorige zich kan laten bijstaan door een juridische raadgever.[8] Het tuchtonderzoek blijft evenwel buiten schot en er lijkt aldus impliciet te worden aangegeven dat het niet verplicht is om een raadgever toe te staan gedurende het tuchtonderzoek. Niettemin kan dit op verzoek toch toegestaan worden.

Ook de tuchtoverheid verkrijgt dit recht op een juridische raadgever, behalve bij de beraadslaging en de stemming.

Tot slot dient de tuchtoverheid voortaan binnen de veertien (14) dagen de beslissing tot preventieve schorsing bij hoogdringendheid (genomen door de algemeen directeur) te bevestigen, i.p.v. de voorheen vastgelegde termijn van acht (8) dagen.[9] Dit is een aanzienlijke flexibilisering.

***

De wijzigingen in het DLB laten zich in de ene materie al harder voelen dan in de andere. Zo dient vastgesteld te worden dat de bepalingen inzake tucht geen ingrijpende veranderingen zullen teweegbrengen. De bepalingen inzake de overdracht daarentegen zorgen dan weer wel voor een hertekend speelveld.

Het wordt de lokale besturen eveneens niet eenvoudig gemaakt door verscheidene bepalingen op verschillende momenten in werking te laten treden. Het is bijgevolg aan de nauwkeurige lezer om steeds na te gaan welke datum van inwerkingtreding werd vooropgesteld.

De veranderingen lijken echter steeds in het voordeel van de lokale besturen en het personeel te werken. De samenwerking in de gemeentelijke groep wordt vereenvoudigd en zorgt ervoor dat éénvoudiger kan ingespeeld worden op innerlijke personeelstransities- en noden.

Of de wijzigingen daadwerkelijk het gevraagde effect zullen hebben, zal enkel de tijd uitwijzen.

GD&A Advocaten volgt één en ander alvast op de voet. U weet het ondertussen, een gewaarschuwd bestuur…

GD&A Advocaten staat steeds tot uw beschikking voor bijkomende toelichtingen of informatie omtrent rechtspositieregelingen, alsook vragen omtrent de toepassing van het DLB.

***

[1] Decreet van 17 februari 2023 tot wijziging van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, BS 29 maart 2023, 2023015264.

[2] Decreet van 16 juli 2021 tot wijziging van diverse decreten, wat betreft versterking van de lokale democratie, BS 4 augustus 2021, 2021021648.

[3] Art. 89 en 91 Decreet van 17 februari 2023 tot wijziging van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, BS 29 maart 2023, 2023015264.

[4] Art. 42 Decreet van 17 februari 2023 tot wijziging van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, BS 29 maart 2023, 2023015264.

[5] Art. 88 Decreet van 17 februari 2023 tot wijziging van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, BS 29 maart 2023, 2023015264.

[6] Art. 41 Decreet van 17 februari 2023 tot wijziging van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, BS 29 maart 2023, 2023015264.

[7] Art. 43 Decreet van 17 februari 2023 tot wijziging van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, BS 29 maart 2023, 2023015264.

[8] Art. 44 Decreet van 17 februari 2023 tot wijziging van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, BS 29 maart 2023, 2023015264.

[9] Art. 45 Decreet van 17 februari 2023 tot wijziging van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, BS 29 maart 2023, 2023015264