Grondrechten als onvolmaakte hefboom voor armoedebestrijding? Hoe lokale besturen een sleutelrol kunnen spelen om het tij te doen keren!

10 november 2022

Armoede tast de grondrechten aan. Reeds bestaande grondrechten blijken onvoldoende effectief om een doortastend antwoord te bieden op de armoedeproblematiek. In deze nieuwsbrief zal geschetst worden waarom en welke lokale initiatieven van belang zijn. Centraal staat hierbij het Lacatus-arrest van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM, 19 januari 2021, Lacatus t. Zwitserland, nr. 14065/15). In dit arrest wordt voor het eerst bedelen als mensenrecht erkend. Bedelverboden maken een mensenrechtenschending uit, met alle gevolgen van dien voor de nog geldende bedelverboden in Vlaanderen. Daarenboven zou deze uitspraak wel eens kunnen ressorteren in een veel bredere impact op de armoedeproblematiek op het niveau van (lokale) besturen.

Tot slot nodigen wij u graag uit voor het colloquium georganiseerd ter gelegenheid van het twintigjarige bestaan van de vzw Wieder, een Brugse armoedeorganisatie. Samen met verschillende deskundigen zal gereflecteerd worden over armoede en grondrechten. Mr. Cies Gysen zal ter gelegenheid hiervan deelnemen aan het panelgesprek.

Kwetsbare burgers worden meer dan anderen geconfronteerd met slechte gezondheid, gebrek aan toegang tot onderwijs en cultuur, werkloosheid, gebrek aan woongelegenheid, emotioneel isolement of geestesziekte. Bevindt men zich in een staat van armoede kunnen de fundamentele rechten zoals behoorlijke huisvesting, onderwijs, arbeid, gezondheid en vrije tijd onvolkomen uitgeoefend worden.

Algemeen wordt aanvaard dat armoede leidt tot meervoudige en onderling samenhangende schendingen van burgerrechten, politieke rechten en economische, sociale en culturele rechten. Waardigheid en gelijkheid komen tevens in het gedrang daar elk van voorgaande rechten een voorwaarde vormt voor het veiligstellen hiervan.

Initiatieven om armoede aan de kaak te stellen zijn veelvuldig, gaande van wetgevende tot grondwetgevende initiatieven. Maar ook lokale acties van armoedeorganisaties en lokale besturen zijn onmisbaar (verplicht?) vanuit hun nabijheid tot de burger.

Het Lacatus-arrest

Het arrest Lacatus t. Zwitserland van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens impliceert voor het eerst een erkenning van bedelen als mensenrecht.

De verzoeker is een Roemeense vrouw, die deel uitmaakt van de Romagemeenschap. In de periode van 2011-2013 kreeg zij tot negen maal toe een boete van 100 Zwitserse frank. Zulke boetes konden opgelegd worden op basis van het absolute bedelverbod opgenomen in de strafwet van het kanton Genève. Zowel haar beroep tegen de boetes bij de Geneefse politierechter als de beroepen voor het Geneefse Hof van Justitie en het Zwitsers Federaal Hof werden verworpen. Hierop volgde voor de vrouw in maart 2015 een effectieve gevangenisstraf van vijf dagen, als alternatief voor de betaling van een cumulatieve boete van 500 Zwitserse frank.

In het arrest spreekt het Hof zich in eerste instantie uit over de vraag of bedelen onder het toepassingsgebied van artikel 8 EVRM valt. Dit artikel waarborgt het recht op eerbiediging van het privéleven. In de Belgische rechtsorde zijn het recht op bescherming van het privéleven en het concept van de menselijke waardigheid opgenomen in artikel 22 en 23 van de Grondwet.

Het Hof herinnert eraan dat een brede interpretatie voor het begrip ‘privéleven’ gehanteerd wordt. Het begrip omvat daarom eveneens het recht op persoonlijke ontwikkeling en het recht om relaties te onderhouden met de medemens en de buitenwereld. Daarnaast wordt gewezen op het belang van het concept van de menselijke waardigheid zoals men dit terugvindt in artikel 3 EVRM (verbod van foltering en van onmenselijke of vernederende behandeling of bestraffing). Deze menselijke waardigheid en de bescherming van het privéleven worden volgens het Hof ernstig aangetast wanneer men personen zonder voldoende bestaansmiddelen ontzegt hulp aan anderen te vragen. Bedelen geniet zo bescherming onder artikel 8 EVRM en het concept van de menselijke waardigheid.

De analyse van het Hof stopt hier niet. Het mensenrecht op bedelen is namelijk, zoals het overgrote merendeel van de mensenrechten, niet absoluut. Beperkingen op dit recht zijn dus principieel toegestaan. Om echter te kunnen spreken van een toelaatbare inperking moeten drie cumulatieve voorwaarden vervuld zijn:

  • de beperking moet een legitiem doel nastreven (de legitimiteit)
  • de beperking moet een wettelijke basis hebben (de legaliteit)
  • de beperking moet noodzakelijk zijn een democratische samenleving (de proportionaliteit)

De eerste twee voorwaarden worden door het Hof vervuld geacht. Er is voor het bedelverbod zowel een wettelijke basis als een legitiem doel, namelijk het beschermen van de openbare orde en de rechten van anderen. Bij de proportionaliteitstoets loopt het echter luidens het arrest mis; het evenwicht tussen de door het mensenrecht beschermde belangen en de belangen van de bredere maatschappij worden volgens het Hof door het bedelverbod verstoord. Specifiek hekelt het Hof de algemene draagwijdte van het bedelverbod, waardoor niet rekening kan gehouden worden met elementen zoals de kwetsbaarheid van de persoon, de vraag of het bedelen op een rustige of agressieve wijze uitgevoerd wordt of nog de plaats waar het bedelen uitgeoefend wordt.

Het argument dat het bedelverbod nodig was in de strijd tegen mensenhandel en criminele netwerken gaat volgens het Hof niet op. Enerzijds omdat niets erop wees dat de verzoeker deel uitmaakte van zulk crimineel netwerk, anderzijds omdat het bestraffen van slachtoffers een weinig effectieve maatregel in de strijd tegen deze netwerken vormt. Ook benadrukt het Hof dat het versterken van de toeristische of commerciële aantrekkingskracht door armoede minder zichtbaar te maken nooit een legitiem doel kan zijn voor de inperking van het mensenrecht.

Het kwestieuze bedelverbod is derhalve niet noodzakelijk in een democratische samenleving. Het Hof besluit dan ook tot een schending van artikel 8 EVRM.

Het Hof trekt aldus een duidelijke lijn tussen toelaatbare en niet-toelaatbare bedelverboden. Aan overheden worden daarnaast een aantal praktische handvaten aangereikt op grond waarvan de eigen regelgeving omtrent bedelen herzien kan worden.

Wat zijn de directe gevolgen van het Lacatus-arrest voor lokale besturen?

Uit het Lacatus-arrest kunnen een aantal belangrijke gevolgtrekkingen voor de lokale besturen gedestilleerd worden. Hoewel sedert 1993 bedelen niet meer verboden is in België, hebben vele lokale besturen opnieuw een bedelverbod ingevoerd via politiereglementen. Enkele steden kennen zelfs algemene bedelverboden, die in licht van het Lacatus-arrest dus uiterst precair geworden zijn. Er lijkt zich een schending van artikel 8 EVRM voor te doen wanneer als doelstelling van het bedeverbod louter het opwaarderen van het commercieel en toeristisch karakter naar voren geschoven wordt. Het lijkt dan ook hoog tijd deze algemene bedelverboden aan te passen.

Andere lokale besturen kiezen er voor hun bedelverbod te beperken tot bepaalde hinderlijke vormen. Uit het Lacatus-arrest blijkt dat dit soort ‘beperkte’ bedelverboden niet uit den boze zijn. Er zal echter steeds in concreto nagegaan moeten worden of er weldegelijk sprake is van hinder. Het verbod op bedelen op een agressieve of opdringerige manier zou de toets van het EVRM dus moeten doorstaan. Het verbod op bedelen met dieren of bedelen aan huis, doet in het licht van het proportionaliteitsbeginsel dan weer ernstig de wenkbrauwen fronsen. Bij zulke ‘beperkte’ vormen van bedelverboden is het tot slot uitermate belangrijk de lokale sanctionerende ambtenaren goed te informeren, zodat reeds ab initio een correcte afweging tussen hinderlijke en niet-hinderlijke vormen van bedelen doorgevoerd wordt.

Een verdergaande draagwijdte van het Lacatus-arrest voor lokale besturen?

Het Lacatus-arrest is zeker en vast een uitnodiging om na te denken over de potentiële ruimere toepassing van artikel 8 EVRM en de menselijke waardigheid in de strijd tegen armoede. Daar waar artikel 8 EVRM de hoeksteen vormt voor enerzijds de persoonlijke autonomie en anderzijds het aankaarten van ondienstig overheidspaternalisme, zal het concept van de menselijke waardigheid leiden tot de ontwikkeling van een actieve steunverplichting.

Besturen doen er best aan de precaire balancering tussen steun en autonomie uit te voeren met de libelleringen van het hier geanalyseerd arrest in het achterhoofd. Dat de klemtoon hoort te liggen op het bestrijden van armoede en niet op het bestrijden van de armen is alvast duidelijk. Daarenboven moet ook rekening gehouden worden met proactieve verplichtingen die volgen uit het concept van de menselijke waardigheid.

GD&A Advocaten helpt u als structurele partner van lokale besturen graag met het maken van deze evenwichtsoefening.

Uitnodiging colloquium vzw Wieder

Een rode draad die ons helpt een weg te vinden in het doolhof van het leven. Dit is wat vzw Wieder wil betekenen voor kwetsbare burgers.

Centraal staan bij vzw Wieder de kwetsbare burgers zelf. Helemaal in lijn met het concept van de menselijke waardigheid om personen in armoede te behandelen als autonome agenten met het nodige respect voor hun recht om eigen beslissingen te nemen. Vzw Wieder werkt uitgebreid samen met kwetsbare personen rond hun grondrechten. In het werkjaar 2022 kwamen zo het recht op wonen en het recht op vrije tijd aan bod. Telkens met de bedoeling de rechten tastbaar te maken.

Na twintig jaar werkzaamheid is nu het moment aangebroken om te reflecteren. Centraal staan bij deze reflectie de grondrechten en de vaak nog onoverwinbare drempels die kwetsbare burgers ervaren bij de realisatie van deze rechten. Waar loopt het mis? Waar kan het beter?

Om op deze prangende vragen een antwoord te bieden wordt een colloquium georganiseerd waar verschillende deskundigen aan het woord komen, waaronder ook Mr. Cies Gysen. U bent van harte welkom op dit boeiende en relevante debat georganiseerd in het passend genoemde ‘Huis van de Mens’ te Brugge. Inschrijven kan via onderstaande link.

Zijn onze grondrechten in gevaar? · GD&A Advocaten (gdena-advocaten.be)